Vorige week, toen Roda in de slotminuut de gelijkmaker had gemaakt tegen een jeugdig SO Soest (1-1), was er sprake van een dubbel gevoel. Natuurlijk blijdschap met een punt zo in de laatste minuut nog, maar vooral ook het besef dat het er ook wel drie hadden mogen zijn. Vandaag in Laren was het een heel ander verhaal.

Zondagochtend 9.30 verzamelt Ons aller Zondag 11 zich in de Roda kantine. Weer een aardig groepje afwezigen; Lurling, Blauwe Ed, Torres (die is toch gestopt?) en Cornuit waren niet van de partij door gebrekkige prioriteiten (lees: geniet lekker op vakantie!). Op een wonderlijke wijze bleek Tuigman Royke fit genoeg om mee te doen. Hetgeen hem direct een basisplaats opleverde. Daar snapte hij zelf overigens niks van. Structuur? In ieder geval 14 man dus. Moet genoeg zijn, zou je denken.

Laren uit dus. Pittoresk dorp in het Gooi waar je, als je even niet oplet, wordt voorbij gesjeesd door een Ferrari of Lamborghini. U snapt het wel; een echt dorpje voor de middenklasse. De kantine van Laren ’99 sv heeft iets huiselijks. Bij aankomst wordt er direct aan de knoppen gedraaid van het tafelvoetbalspel, bij wijze van warming-up. Geen posh, geen vertoon van geld hier in het clubhuis. Gewoon twee vrijwilligsters in hun zondagochtendkloffie die een paar tosti’s stonden te bakken.

Coach Pep gaat met hulp van de oplettende Sherlock op zoek naar de bestuurskamer. Geen moeilijke queeste, die is snel gevonden. Aldaar een hoffelijk ontvangst. Iets te drinken? Iets te eten? Waar kom je vandaan? Jullie mogen een kleedkamer kiezen. Welk veld willen jullie spelen? Je bent de eerste, dus kies maar: Gras of kunstgras. Na te zijn bijgekomen van dit vragenvuur en een ice-tea en een tosti te hebben aangevraagd, gaat Pep in conclaaf met de spelersgroep en het immer verdeelde Zondag 11 stemt zo ongeveer 7 of 7. Het zal eens niet. Na beraad toch maar kunstgras. Zou dat de gouden keuze zijn?

Het 11e start als volgt: Tussen de palen: Arnold. Achterin: M-ugl, Shuen, Snoek en Sherlock. Op ’t middenveld: Royke, Dani, Blauwhuis, Fopgun en voorin Rat en Interik.
Bank: Poef, Das Bauch en Fapsok.

Tijdens de opwarming in de regen, doemt een niet onbelangrijke vraag op. Komt er eigenlijk wel een scheids? Coach Pep had op het blaadje van de wedstrijdsecretaris gelezen dat er achter onze pot ‘scheids huren’ stond. Een veeg teken. De spelers van Laren leken meer bezig met verhalen over de vrijdag- en/of zaterdagavond en elkaar homo te noemen, dan met of er wel een scheids zou komen. Hun coach sprak de legendarische woorden: Dat regelt de kantinevrouw altijd voor ons. Wel godverdomme, HUN KANTINEVROUW REGELT SCHEIDSRECHTERS? In welke wereld zijn we beland? Wát een weelde. Wát een vrijwilligster. Pep met hun coach toch even naar de bestuurskamer. Daar zat ‘ie hoor. Onze scheids. Op ’t oog rechtstreeks uit een scheikundelab. Die moest op zijn minst een IQ van 423 hebben. Of hij zijn fluitje wilde testen, vroeg de wedstrijdsecretaris van Laren. Nee, zei de scheids. Want zo beredeneerde hij: In deze kleine ruimte geeft dat minstens 100 decibel. Dat is niet goed voor de oren. Afijn, u snapt waar dit naar toe gaat. We gaan voetballen.

Laren heeft een jonge ploeg met snelle spelers. Hier spelen zij ook het meeste op. Korte combinaties, veelal door het centrum. Zij in beweging, wij in de reageerstand. Die snelheid konden wij niet op de mat leggen, maar wel vechtlust en duelkracht. De eerste 20 minuten leek het spel wat op en neer te golven. Zonder grote kansen aan beide kanten. Interik schoot zwak, Laren schoot een keer van afstand en kopte een keer naast.

In het tweede deel van de eerste helft kreeg Laren steeds meer de overhand. Roda bleef steeds heel laag staan, tegen de eigen 16 aan. Interik stond behoorlijk op een eiland omdat Rat meer achter de spits ging spelen om het middenveld te versterken. In de opbouw was Roda slordig, hetgeen snel leidde tot balverlies en een aanvalsgolf van Laren. De thuisploeg kreeg éen reuzekans. De verder uitstekend ogende M-ugl werd uitgespeeld door hun linksvoor en de lage, harde voorzet werd op een teen na gemist door een Larense aanvaller. Hun nummer 10 had een opgevoerde brommer bij zich en liep bij tijd en wijlen door de as van Roda heen. Maar behalve nog wat meer afstandsschoten en ballen die keeper Arnold gemakkelijk wist te pakken, kwam Laren echter niet. Onze defensie, onder leiding van Snoek, stond goed, maar de Zondag 11 had er het laatste kwartier aanvallend niets meer tegenover gezet. Het uitvallen van Fopgun (lies) en zwemmer Royke (nog maar net terug van blessure) waren ook geen opbeurende nieuwsfeitjes. Hiervoor kwamen Das Bauch en Fapsok in de ploeg. En de scheids? Ja die deed het eigenlijk zo slecht nog niet. Minpuntje was wel dat hij weigerde in te gaan op de opmerking van Blauwhuis dat de door hem juist gemaakte overtreding wiskundig gezien helemaal niet kon.

Tijdens de besprekingen halverwege werd één ding duidelijk: Erg veel wisselmogelijkheden waren er niet, op snelheid gingen we het van deze gasten niet winnen, dus was het allerbelangrijkste volgens coach Pep om met zijn allen te blijven beunen. Hard werken en defensief goed blijven staan, met hoop op dat hij dan aan onze kant goed zou vallen.

Dat harde werken dat lukt heel goed. We stonden met zijn allen als een huis en vochten in het smerige Larense kutweer met zijn allen om de nul te houden. Zeker tot aan minuut 70 ging dit zonder al te veel gevaar van de thuisploeg. Het meest opvallende was hun keeper met de Duitse driekleur als aanvoerdersband (hetgeen hem later karma opleverde) die het hele veld over tetterde als hij iets een overtreding of een kaart vond. Interessante knul wel. Deed Roda dan helemaal niet aanvallen? Nou nee. Eigenlijk niet. Het was echt een kwestie van proberen de 0-0 over de streep te trekken.

Naarmate het einde dichterbij kwam, kwam Laren dichterbij een goal. Een schot op de lat uit de tweede lijn, een hele rits aan corners, een vrije schietkans geweldig op ’t nippertje geblokt door Shuen en een weergaloze redding van Arnold die een kopbal uit de benedenhoek ranselt, is de opsomming van de kansenregen van de wit-zwarte formatie tussen minuut 70 en 85. Inmiddels is ook Poef in de ploeg gekomen voor M-ugl, is Dani uitgeblust gewisseld voor Fopgun (toch nog een poging) en komt M-ugl weer terug in de ploeg voor Fapsok, die een tik kreeg. Als de blessuretijd zich aandient is vlagger Pep inmiddels bijna hardop aan het bidden voor snel affluiten van de niet zo charismatische leidsman. 0-0 was een maximaal resultaat. Dan mogen we met zijn allen echt trots zijn op hoe we hebben standgehouden. Eentje in de categorie: ‘Een voor allen, allen voor ons aller Zondag 11’.

In de laatste vijf minuten lijkt Laren al langzaam het geloof wat te verliezen. Misschien zouden ze er wel niet doorkomen vandaag? Misschien zouden ze wel niet scoren? Vlagger Pep hoorde in de dug-out van de thuisploeg zeggen: Je zal net zien, dan schieten zij hem er straks wel in. Hier durfde Pep wel op te reageren: Nee joh, dat geluk hebben wij nooit. Daar hoeven jullie echt niet bang voor te zijn.

OF TOCH WEL?!

Het kon dus wel beter. 0-0 was niet het maximale resultaat. In de 96e minuut, terwijl heel Roda al zo trots is met een punt, ziet Sherlock wat alleen hij kan zien. De gouden pass. Als Interik de pass in ontvangst neemt is er alleen nog zoveel te doen. Met zijn rug naar de vijandelijke goal en een tegenstander in zijn rug is dit nog bepaald geen kans. Interik draait zich echter vrij, passeert op kracht zijn tegenstander en jankt de bal kiezelhard in de kruising van de korte hoek; 0-1.. De pleuris was in de vorm van regen al de hele wedstrijd naar beneden gekomen, maar nu brak hij ook op het veld uit. In het feestgedruis menen sommige spelers coach/vlagger Pep een sprint te hebben zien maken over het veld, richting de matchwinner. Anderen beweren dat dit niet mogelijk kan zijn geweest omdat hij dit niet zou hebben overleefd. Weer anderen refereerden eraan dat Jezus toch ook over water kon lopen.

Dat de Zondag 11 deze wedstrijd heeft gewonnen, leek zo wiskundig onmogelijk als de stelling van Pythagoras uitvoeren op de snelheid van Fopgun. Toch gebeurde het. Men spreekt al over ‘Das wünder von Laren’. Het bleef dus bij 0-1.

Als het gaat over onze prestatie als collectief, kan ik alleen maar een wereldberoemde Duitse filosoof quoten: IEDEREEN EEN DIKKE VOLDOENDE!

In afwezigheid van cheffa journalistie #4 Lurling, geschreven door een trotse coach/vlagger/sprinter Pep

JOE!