Gepost door Pep op 14 april 2015 om 13:14

Na het gelijke spel tegen concurrent Sterrenwijk had iedere volger van het 6e elftal van de zondag afdeling van Roda ’46 weinig wiskundige kennis nodig om te beseffen wat er in de vier nog te spelen wedstrijden nodig was. Drie zeges uit vier wedstrijden. Voorlopig stond de Zondagse elf op 14 zeges in 18 wedstrijden. Dat is gemiddeld 77,7%. Dus zou je zeggen dat 3 zeges in 4 potjes (75%), haalbaar geacht moet worden. De tegenstander, vandaag het Utrechtse VSC, zou dit natuurlijk liever anders zien.

VSC 7 dus. Een tegenstander waar we eerder dit seizoen 3-3 tegen speelde en dus nog iets recht te zetten hadden. Vooral ‘die twee goeie centrale middenvelders’ werden steeds weer genoemd als zijnde dreigende factoren. Handig voor ondergetekende was dus ook een fitte selectie. Of nou ja, redelijk fit. De een was een week ziek geweest, de ander had nog last van pijntjes hier en daar, maar er was geen noodzaak ons heil te zoeken bij invallers. Dus met 15 man richting Utrecht.

Duidelijk als je (misschien) kampioen in spe bent, is dat de publieke belangstelling toeneemt. Zodoende moesten we wegens gebrek aan ruimte in de auto’s Ramon, die zo graag had meegewild, teleurstellen. Jammer, maar helaas. Excuses!

Als te doen gebruikelijk waren we er weer heerlijk vroeg bij, daar op het kunstgras (althans, wat daar van over was) in een heerlijk zonnetje bij VSC. De volgende elf zouden, na een hoop ‘jeejs’ voor de jarige M-ugl, starten: Matsu – M-ugl, Het Knikker ©, Raghoel, Rukco – Topgun, Lurling, Chihuahua, Koekoek – Verzaak en Schaapie. Vanaf de bank, op stand-by om eventuele vroege wissels op te vangen, zaten: Das Rauch, Torres, Yoeri Poevermans en Sherlock.

Bij VSC was één van de twee zo goede middenvelders aanwezig, zo wist de scheidsrechter (een oud-speler van de VSC’sche ploeg) ons te vertellen. Aardige knul trouwens. VSC liet in elk geval vanaf het eerste fluitsignaal al zien dat het inderdaad een redelijke ploeg had en dat je daar echt niet even zomaar overheen zou wandelen. Toch bleek de achterhoede van de Utrechters niet al te waterdicht, toen de bal vanuit de omschakeling door Raghoel de diepte in werd gestuurd en Schaapie zomaar alleen op de keeper af kon. Geen buitenspel? Blijkbaar niet. Al zagen wij toch stiekem dat Schaapie niet helemaal van eigen helft kwam. Dat gezegd hebbende, onze topscorer werkte wel zuiver af en zorgde dus al na een minuut of vier voor de 0-1. Het inspireerde Roda toch niet echt, die vroege voorsprong, VSC bleef de betere ploeg en had het merendeel van het balbezit. Verder dan een paar halve kansjes kwamen ze echter niet. Als Matsu vervolgens met wind mee een bal enorm ver uittrapt en de keeper van VSC vrij ver uit zijn doel staat, ziet iedereen op en rond het veld iets heel aparts gebeuren. De bal stuitert één á twee keer op en de goalie van de thuisploeg schat hem totaal verkeerd in, misschien in de veronderstelling dat de bal wel over zou gaan. Het tegenovergestelde gebeurde en hoe kolderiek ook: Roda stond binnen het kwartier met 0-2 voor. Matsu had geen idee wat hem zojuist was overkomen en iedereen keek elkaar met open mond aan. Had onze keeper nou net gescoord vanuit een uittrap? Ik kneep mezelf nog even, maar voelde een scheutje pijn, dus het moest wel echt zo geweest zijn. Goed, je ziet het af en toe wel eens, maar om het zo voor je neus te zien gebeuren is toch wel enorm onwerkelijk. We maalden er natuurlijk geenszins om, want de zaten op rozen met een dubbele voorsprong als zo gauw in de wedstrijd. Het werd alleen maar leuker toen de volgende aanval, waarbij Het Knikker Topgun de diepte in stuurde over rechts, ook een goal opleverde. Een afgemeten voorzet van Topgun kon door Schaapie worden binnengelopen; 0-3. Vreemd, heel vreemd, als je keek naar het spel van beide ploegen. VSC was eerder beter dan slechter dan de bezoekers uit Leusden, maar toch was het de Zondag 11 die met 0-3 voorstond. VSC liet het niet op zich zitten en scoorde snel de 1-3. Op dat moment waren er met 22 minuten gespeeld en leek een handbalscore in het verschiet te liggen. De thuisploeg kreeg halve kansen op de aansluitingstreffer in de minuten die volgden, grote kansen ook zelfs. Toch was Matsu al van z’n roze wolk na zijn goal afgestapt om enkele keren goed redding te brengen. De scherpte ontbrak ook wel een beetje bij de Utrechters. Met 1-3 de rust halen leek een zegen voor de mannen van Roda, die ook nog te maken kregen met het uitvallen van Lurling met hamstringklachten, maar in de laatste vijf minuten voor de theepauze was het nog een paar keer bijna raak. Eerst een goed schot van Schaapie, die door de eerder nog blunderende keeper, nu prachtig werd gekeerd. Daarna weer een uitgelezen mogelijkheid voor VSC die ze verprutste en op slag van rust de 1-4 van Verzaak die de wedstrijd, geheel onverdiend, al in het slot leek te gooien. Het Knikker stuurde nog maar eens een lange bal over de lekke defensie van de in het geel spelende thuisploeg en de manier waarop Verzaak afrondde, deed even terugdenken aan die 44 goals vorig seizoen; kappen en héél scherp afronden in de korte hoek. Gelijk na de goal ook het rustsignaal. Een heel bizarre eerste helft waarin een keeper scoorde en drie van onze vier andere kansen benut werden, terwijl we steeds de onderliggende partij waren.

Zelden dat ik het heb moeten roepen in de rust bij 1-4 voor, maar: Het moest echt beter. De passing was ontzettend slordig en de gaten tussen de linies immens. Het was te danken aan de scherpte voorin, dat we er –scorebordjournalistiek- ‘zo goed voorstonden’. Torres stond al in de ploeg voor de kwakkelende Lurling en daar kwamen Yoeri Poevermans (voor Rukco) en Sherlock (voor Topgun) bij. Het ‘scherp weer beginnen jongens’, bleek echter aan dovemans oren gericht.

Binnen drie minuten in de tweede helft stond het 2-4. Een logisch gevolg van een gebrek aan verbetering t.o.v. het eerste bedrijf. VSC moest die bal er immers een keer inschieten. Matsu zat er overigens nog heel dichtbij. Groot voordeel van ons was, als eerder gezegd, dat onze voorhoede scherp was en bovendien elkaar wat gunde. Zo ontstond ook de 2-5, vijf minuten na de goal van VSC gemaakt door Verzaak. Weer uit de omschakeling werden de VSC’ers in hun hemd gezet door in vorm zijnde voorhoede. Schaapie gaf netjes breed op Verzaak en die maakte zijn tweede van de middag. Ook de 2-6, op aangeven van Torres, gemaakt door Schaapie, was zo’n voorbeeld. Het was VSC dat behoorlijk voetbalde en Roda dat, hoe slecht het verder ook speelde, in de omschakeling te snel en te goed was voor de defensie van de Utrechters. 2-6 na een uur spelen. Dat moet altijd boeken toe zijn. Overwinning binnen. Maar nee, de Zondag 11 speelde echt te zwak om aanspraak te maken op het makkelijk binnenhalen van de zege. Binnen vier minuten na de 2-6, stond het weer 3-6. Er ging dusdanig veel fout dat het echt niet vreemd was voor VSC om te denken dat ze er alsnog iets uit konden slepen. Helemaal toen de Zondag 11 stopte met de bijna 100% score in het kansen benutte, want de gevaarlijkheden via de omschakeling bleven komen. De net ingevallen Das Rauch (voor M-ugl) miste een grote kans en ook Topgun (die terug in het veld was gekomen voor de uit voorzorg gewisselde Koekoek), schoof een bal net voorlangs. De wissels die nog volgden (Lurling probeerde het weer voor Raghoel die wat last had en viel even later zelf weer uit omdat het toch niet ging) leken VSC wat te ontregelen en kwam in elk geval hun spel niet ten goede. Nog één echt grote kans kregen, maar Matsu won het één-op-één duel glorieus. Nadien vulde het tweede deel van de tweede helft, ondanks twee fraaie panna’s van Chiuhuahua, zich af en toe met dramatisch voetbal van beide kanten.

Dat het slecht was, kon Roda achteraf weinig schelen. Dat het vlak voor tijd 4-6 werd evenmin. Je kunt van alles zeggen over hoe matig deze wedstrijd van de kant van Roda was, maar uiteindelijk kent iedereen het voetbalgezegde: ‘Als je ook je slechte wedstrijden wint, ben je een waardig kampioen’. We hopen met z’n allen dat dit ook voor ons opgaat. Drie punten en bovendien werd er voorin elkaar dingen gegund en scoorde onze keeper uit een doeltrap. Eigenlijk moet je dan dus gewoon je mond houden, stoppen met zeiken en genieten van een pot bier. Dat lukte in de 3e (en 4e) helft aardig moet ik zeggen.

Over een week komt nummer 3 Hoogland op bezoek, in de weken daarna nog op bezoek bij Odijk en Kampong thuis. Omdat concurrent Sterrenwijk ook won blijft het: 2 van de 3 winnen en we zijn er. Daar gaan we ons, hopelijk met iets beter spel en wat minder pijntjes, uiterste best weer voor doen over een week.

Tot dan,

Pep